Familiegeheimen
Vandaag kwam er een vrouw in mijn praktijk. Een openhartige en spontane vrouw op leeftijd. Ze begreep niet waarom ze zich altijd zo angstig en alleen voelde. Ze voelde zich nooit gezien, ook niet door haar ouders. Ze wilde al heel lang een familieopstelling doen, maar telkens hield iets haar tegen. Nu was ze er klaar voor, hoe eng ze het ook vond.
Tijdens het intakegesprek werd al snel duidelijk dat er een familiegeheim was, en misschien zelfs wel meer dan één. Na de intake stelde ik voor om een familieopstelling te doen. Ik nodigde haar uit om op de plek van haar vader te gaan staan. Toen ze dat deed, kreeg ze braakneigingen en zei: “Het lijkt wel of ik moet kotsen.” Op de plek van haar moeder keek haar moeder alleen maar naar het geheim. Toen mocht ze op de plek van het geheim gaan staan. Het geheim gaf aan dat het ‘om te kotsen’ was, en de vrouw stond bijna brakend voorover op de plek van het geheim. Naast het geheim lag angst. Al snel bleek dat angst en het geheim bij elkaar hoorden.
Op de manier waarop angst en geheim opgesteld stonden, werd duidelijk dat deze vrouw al haar hele leven de angst en het geheim met zich meedroeg. De opstelling vorderde toen duidelijk werd dat dit alles niet van haar was. Zij had de angst en het geheim uit liefde voor haar ouders gedragen. Maar nu werd het haar te zwaar. De angst had haar zo in de greep dat ze niet meer wist wat van haar was en wat niet. De vrouw voelde zich verbonden met de angst en het geheim. Ze wist dat ze ze al haar hele leven had gedragen, maar niet waarom. Ik vroeg haar om naar de angst en het geheim te kijken.
Toen de angst en het geheim hun plek kregen daar waar ze hoorden, namelijk bij haar ouders, ontstond er rust. Het geheim wilde een plek krijgen en rust vinden, net als de angst. Haar ouders waren niet in staat om het op te lossen. Maar door het geheim te respecteren – dat het geheim een geheim wilde blijven – en het een plek te geven, was deze vrouw weer in staat om haar leven te leven.
Ik nodigde haar uit om haar eigen plek in te nemen, vóór haar ouders, met haar ouders achter haar. Toen ze op haar plek stond, begon ze te huilen. Ze zei: “Ik heb me altijd zo angstig en alleen gevoeld. Ik wist niet dat ik zo veel verdriet in me had.” Ze draaide zich om en keek met compassie naar haar ouders, de angst en het geheim. “Het is goed zo, het heeft eindelijk zijn plek gekregen,” zei de vrouw.
Opgelucht, dankbaar en vrij verliet ze mijn praktijk.
De vrouw heeft eindelijk vrede kunnen vinden met het familiegeheim. Ze weet dat het geheim er is, maar ze hoeft het niet meer te dragen. Ze kan nu haar leven leven zonder de angst en het verdriet die het geheim met zich meebracht.